Het vernieuwen van de onderhoudskalender, meedenken en –beslissen over de inhoud van een onderzoek naar de meerwaarde van natuurgrasvelden, het brainstormen over een studie naar hybride velden en discussiëren over de normering. Onderwerpen waar de Commissie Gras van de BSNC de afgelopen maanden uitgebreid bij stilstond. De commissieleden Jaap Nieuwenhuis en Henrie Bekkers geven nadere tekst en uitleg.
Het moet een mooi gezicht zijn. Diverse gedreven en gemotiveerde (gras)specialisten uit alle hoeken van het land schuiven bij elkaar aan voor een vergadering. Zij komen namens de ledengroepen aannemers, gemeenten en sportbedrijven, adviesbureaus en leveranciers vier keer per jaar samen om met elkaar te sparren. Doel van de bijeenkomsten in het BSNC-hoofdkwartier in Houten: onder leiding van voorzitter Coen Nell delen behalve Jaap en Henrie ook Jan van den Boom, John Ariëns, Erwin Weening, Ben Moonen, René van Swieten, Job Steunenberg, Maurice Evers en Erwin den Elzen kennis en wisselen ze informatie uit over (actuele) thema’s en onderwerpen die spelen bij de aanleg, onderhoud en beheer van natuurgras.
Jaap (B.A.S. Begeleiding en Advies Sportterreinen uit Delfgauw) en Henrie (gemeente ’s-Hertogenbosch) zetten iedere keer weer graag koers naar het midden van het land. “Het blijft leuk en boeiend om elkaar te ontmoeten en in een prettige sfeer van gedachten te wisselen over de laatste ontwikkelingen op het gebied van natuurgras”, vertelt Jaap. De intensieve sessies van de Commissie Gras leiden regelmatig tot mooie resultaten. Jaap: “Een goed voorbeeld is het verversen van de onderhoudskalender. Dat is het werk van een werkgroep die vanuit de commissie is opgezet. Ook in deze club waren alle ledengroepen vertegenwoordigd. Zij leverden allemaal hun eigen bijdrage. Zoals het aanvullen van de kalender met de laatste onderhoudstechnieken. We gaan nu een werkgroep formeren die zich gaat buigen over de verschillende typen hybride velden. Een sportvoorziening waar veel toekomst in zit. En bovendien zes- tot achthonderd uur per jaar bespeeld kan worden. Ter vergelijking: bij een goed onderhouden natuurgrasveld praat je over driehonderd tot vierhonderd uur. Het is van belang te investeren in hybride velden en de aandacht hierop te blijven vestigen richting leveranciers, gemeenten en voetbalverenigingen. En daarbij de positieve aspecten ervan te benadrukken. We willen voorkomen dat dit type velden ondergesneeuwd raakt. We zijn nu voor de invulling van de werkgroep op zoek naar leden van de BSNC.”
Natuurgrasman
Jaap Nieuwenhuis is al jarenlang lid van de grascommissie van de BSNC. Hij is een natuurgrasman pur sang die de voordelen van kunstgras zeker ook ziet. “Kunstgrasvelden zijn niet meer weg te denken uit de voetbalwereld. En dat is een goede zaak. Natuurgras en kunstgras bestaan prima naast elkaar en vullen elkaar aan”, benadrukt Jaap, die ook actief is als lid van de NOC*NSF Werkgroep 3. “Eveneens een uitdaging. Het plan is om in ieder geval met de BSNC, de NOC*NSF als overkoepelende sportorganisatie en de KNVB op korte termijn een onderzoek op te starten naar de normering van natuurgras. Daarbij komen afhankelijk van de beschikbare financiële middelen allerlei zaken aan de orde. Van sporttechnische tot gras en veld gerelateerde aspecten. Zoals graslengte en grasbezetting, bodemvocht en de afmetingen van het veld. Het is belangrijk om hierover eenduidige richtlijnen op te stellen.”
Leren
Ook Henrie Bekkers staat bekend als een echte liefhebber van natuurgras. De Fieldmanager of the Year 2016 verzorgt met zijn team het beheer en onderhoud van ruim tachtig sportvelden: 55 natuurgrasvelden en bijna dertig kunstgrasmatten. De hoofdmoot bestaat uit voetbal. “Ik ben nu ongeveer twee jaar met veel plezier lid van de Commissie Gras. Voor mij is het heel prettig om mijn kennis en kunde op deze manier te delen. Hoewel het commissiewerk op zich geen directe link heeft met mijn functie als sportveldenbeheerder, is het heel waardevol en dankbaar om te doen. Met allemaal deskundigen op het gebied van gras aan tafel kan ik bovendien zelf ook nog veel leren. Het verrijkt mijn kennis en verbreedt mijn horizon.”
Henrie geeft aan dat de commissie bij de behandeling van de onderwerpen de blik richt op de toekomst. “Wat kunnen we als commissie hierin betekenen en realiseren?, is een vraag die we ons steeds stellen. We willen als BSNC een serieuze gesprekspartner zijn voor grote sportbonden. Die status hebben we inmiddels verdiend en bereikt. Terugkerend thema is dat we de meerwaarde van natuurgras onder de aandacht brengen van onder meer gemeenten en verenigingen. Hoe? Door het steeds weer benoemen van de voordelen van natuurgrasvelden voor de omgeving. Ze dragen op verschillende manieren bij aan een beter milieu. Dat blijkt ook uit onderzoek van de BSNC en branchevereniging Plantum. Als commissie waren we nauw betrokken bij de voorbereiding en uitvoering hiervan. Een mooie opdracht met een goed rapport als eindresultaat. Daar haal ik voldoening en motivatie uit. Het geeft me energie om samen met de andere leden van de Commissie Gras de meerwaarde van natuurgras uit te dragen en hier concreet handen en voeten aan te geven. Bijvoorbeeld in de vorm van plannen en creatieve ideeën. Daarvoor stap ik een aantal maal per jaar met veel plezier in de auto naar Houten.”