“De open dag op 6 mei was een echte reünie, met een programma voor jong en oud.”, vertelt directeur Joris van der Meer enthousiast. Joris en zijn broer Rob van der Meer zijn de derde generatie die aan het hoofd staat van het bedrijf met zo’n 55 werknemers. “Dat vinden wij belangrijk, van der Meer is in alle facetten een familiebedrijf: mensen zijn vaak lang en naar tevredenheid bij ons in dienst, er is sprake van een open cultuur waar je mag zeggen wat je denkt en we besteden aandacht aan het teamgevoel.” Ook is de aannemer, hoewel in die 70 jaar door groei een aantal keer verhuisd, altijd in Benthuizen gebleven en ondersteunt het de sociale doelen van het dorp.
Op 6 mei kwamen ruim 350 mensen langs in Benthuizen: opdrachtgevers, werknemers, hun familie en kinderen, partners en dorpsgenoten uit Benthuizen. Voor de kinderen waren er luchtkussens, een stormbaan, schminken, popcorn en suikerspin, een patatkraam. Ook waren er twee elektrische kranen neergezet, die mensen mochten uitproberen. En stond de rest van de vloot opgesteld: machines, shovels, kranen en het elektrisch materieel zoals de Roadprinter Eco, maaimachines, machine voor kunstgrasonderhoud en divers handgereedschap. Er waren rondleidingen, en natuurlijk drankjes, hapjes en muziek. Voor de reünisten was er een “Walk down memory lane”- tijdlijn langs de hoogtepunten uit de 70-jarige geschiedenis van het bedrijf.
Reünie
Joris is trots op het familiebedrijf “Naast hard werken is er een goede sfeer onderling.” Dat bleek ook op 6 mei: “Veel oud-collega’s, of kinderen wiens ouders vroeger hadden gewerkt bij Van der Meer waren aanwezig. Sommige kwamen met hun eigen fotoboeken, met afbeeldingen van oud-collega’s en van projecten waaraan was gewerkt. Voor het huidige personeel en hun partners volgt in september een groot feest.
Begonnen met een dragline om sloten uit te baggeren
De startdatum van het bedrijf is 1 januari 1953. Opa’s van der Meer begonnen met een dragline, om sloten uit te baggeren. Zij verhuurden zichzelf met hun materieel. Later kwam er ook een autogarage: de ondernemers deden al zelf machineonderhoud en boden aan dit ook voor anderen uit te voeren. Nog later kwamen er meer cultuurtechnische zaken bij, eerst in de functie van onderaannemer, vervolgens in opdrachten als zelfstandig aannemingsbedrijf. Daarna is Van der Meer ook civiele projecten gaan doen zoals riolering, straatwerk en damwanden en beschoeiingen plaatsen.
“Altijd als ik in de buurt ben van een sportveld ga ik even kijken hoe het erbij ligt.”
Het beheer en onderhoud van sportvelden beslaat globaal een derde van de omzet, en richt zich op zowel gras als kunstgras. “Van der Meer is op dit vlak een middelgrote speler in de regio “, aldus Joris, “Wij doen het sportveldenonderhoud voor onder meer de gemeenten Zoetermeer, Leidschendam-Voorburg, Delft en Lansingerland. Bij sommige gemeenten verzorgen wij al meer 50 jaar het onderhoud’.
Waarom koos Joris om in de voetsporen van vader, ooms en grootvaders te treden? “Ik vind het mooi om iets te maken, en ook om dat dan te onderhouden. En het werken aan beheer en onderhoud van sportvelden heeft ook een maatschappelijke functie: mensen hebben er plezier in om te sporten op de velden. Dat geeft mij voldoening.”
Commissielid van de BSNC
De website van Van der Meer vermeldt: “Wij zijn commissielid bij de BSNC”. Collega Erwin Elzen maakt deel uit van de commissie Gras en van commissie Human Capital Turfmanagement. De aannemer vindt het belangrijk om lid te zijn van een branchevereniging omdat:” Je als groep daadkrachtiger kunt optreden, een positie kunt innemen in de markt.”, aldus Joris. Daarnaast is de BSNC voor hem en zijn collega’s een informatiebron, waar je kennis kunt halen en kennis kunt delen. Ook gaat hij graag naar KUNSTgres en conGRAS.
Ambitie
Op het vlak van sport heeft van der Meer wel enkele ambities: “Komende jaren willen wij veel meer inzetten op robotisering en elektrisering van het materieel. Belangrijkste speerpunt voor de toekomst echter is verduurzaming: hoe kunnen we efficiënter, effectiever, duurzamer de sportvelden beheren, met behoud van de kwaliteit van de velden natuurlijk. Daarnaast willen wij meer onze rol als sportparkadviseur nemen, dan alleen de uitvoerende partij. Samen kom je tot de beste oplossingen voor een veld.”
Daarvoor is voldoende en goed gekwalificeerd personeel nodig, dat is tegelijk een andere grote uitdaging: te weinig jongeren en zij- instromers kiezen voor het vak. Van der Meer draagt een steentje bij aan de werving door samen te werken met scholen, door stageplekken te bieden en werkplekken voor mensen die een BBL-opleiding doen. Ook communiceren zij over hun bedrijf en over het vak via social media en door open dagen te organiseren. Joris gaf aan zeker geïnteresseerd te zijn in de video’s die de BSNC binnenkort klaar heeft; over werken in onze branche. Zie ook het artikel in deze nieuwsbrief.
“Op naar het 100-jarig jubileum!”, zo sluit Joris van der Meer ons gesprek positief af.
